Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dat wij de armen voor geld mogen [18]kopen, en den nooddruftige om een paar schoenen; [19]dan zullen wij [20]het kaf van het koren verkopen. 18. Niet alleen hen van goed beroven, maar ook hunne personen ons tot slaven mogen maken, tegen Gods wet, Lev.25:39,40. Verg ook hfdst.2 vs.6. 19. Of, ja dat wij mogen, enz. 20. Hebr. den afval; dat is, het kaf en andere vuiligheid; die van het koren afvalt. Anders: kaf [voor] koren.